gen. |
bijeengaren; aflezen (цветы, фрукты и т.п.); afplukken (плоды, цветы и т.п.); bijeenbrengen; bijeenzoeken; collecteren (пожертвования, деньги); de oogst binnenhalen; garen; geld bij elkaar schrapen; heffen; ineenzetten (механизм); invorderen; lezen; monteren; opgaren; ophalen (мусор и т.п.); oprapen; opstellen; opvangen; plukken; rapen; samendoen; samenhalen; samenstellen (машину и т.п.); sparen; vergaderen; vergaren; verzamelen; winnen; zamelen; aantreden (ms.lana); convoceren (Надушка); bijeenroepen; inzamelen |