DictionaryForumContacts

   Japanese Dutch
Google | Forvo | +
 面
gen. gezicht; gelaat; aangezicht; maskers; schaakborden; bundels papier
|
 白
comp., MS wit
| 半分
 半分
gen. ten halve

ichi1 | ichi1 men
gen. gezicht n; gelaat n; aangezicht n; maskers n; schaakborden n; bundels papier; kaartspelen; figuur f; snuit m; snoet m; smoel m; facie n; inform. toet; volkst. snufferd; volkst. bakkes; vulg. smoelwerk; volkst., fig. postzegel; Barg. treiter; Barg., volkst. ponem; min. tronie; Barg. gebbe; Barg. kakement; slang fiselefasie; slang fiselemie; masker n; mombakkes n; mom f; Barg. schiebaart; pagina f (van een krant); bladzijde f; wisk. oppervlakte; vlak n; technol. facet (afschuining onder een hoek van 45°); helling f; schuinte f; wand m; kant m; aspect n; zijde f; latus m; opzicht n; gebied n; men m (klap in het gezicht: bepaalde score in het kendō)
1面
gen. anderzijds n; aan de andere kant; anderdeels; daarentegen; daartegenover; ertegenover staat dat ~; alom; over de gehele omgeving; aan alle kanten; één zijde; één kant; één facet; één aspect; 新聞の eerste pagina; voorpagina f; frontpagina; voorste pagina; gehele omgeving